Hoeven

De hoeven van een paard bestaan uit drie hoofddelen, namelijk de zool, hoornwand en de hoornstraal. Daarbij is het goed om te weten dat een paard niet op zijn voeten staat, maar met het hoefbeen in de hoornschoen hangt. Onderaan de hoeven zit de zool. Het doel van de zool is om het gewicht van boven op   te vangen en mag de grond niet raken. De witte lijn verbindt de zool met de hoornwand. Bij de kroonrand vormt zich de harde hoornwand door het hoornachtig weefsel en speciale huidachtige cellen.

 

De binennzijde van de paardenhoef

De binnenste laag van de hoornwand bestaat uit hoornlaminae die in verbinding staat met het hoefbeen. De hoornwand loopt bij de hoefballen naar binnen naar de straal met de steunsels van de hoef. In het midden van de hoeven loopt de straal. De straal moet enigszins in verbinding staan met de grond tijdens de beweging om de het gewicht op te vangen. De straal drukt daarbij tegen het grote straalkussen. De hoeven worden door middel van de digitale slagader en ader aan weerskanten voorzien van bloed. Langs deze vaten lopen twee zenuwen die impulsen aan de hoeven doorgeven. Dit heet het hoefmechanisme.